Vertaald door Jeanne Boden
Een folklorist komt aan in een dorpje en hoort daar over een interessant – en schokkend – ritueel: in vroeger dagen werd er eens in de drie jaar ‘een geest geloot’. Alle bewoners trokken een lootje en degene die het lootje met ‘geest’ trok werd in een witte doek gewikkeld, in een groot vat gegooid en door de anderen met stokken doodgeslagen. De folklorist is even geschokt als enthousiast: dat is nog eens een vondst! Hij stelt voor het ritueel nog eens op te voeren en de dorpsbewoners gaan na enig aarzelen akkoord. Het is natuurlijk maar voor de vorm, stelt de folklorist hen gerust.
Ja ja. Het loopt slecht af, natuurlijk.
Dit verhaal is mooi verteld: een beetje magisch realisme (wat is er nou precies gebeurd? Wat is er werkelijk, wat bijgeloof, wat echt onverklaarbaar?), flink wat xungen en een snufje geweld.
Het ‘zoeken naar wortels’, 寻根文学 xungen wenxue, is een literaire stroming uit de jaren ‘80, waarin veel schrijvers teruggrepen op het leven op het platteland en de gebruiken en onderlinge relaties daar. Han Shaogong is een grote naam in dit genre, en dit verhaal deed me in eerste instantie erg aan zijn werk denken.
Su Tong (1963) is in Nederland vooral bekend van zijn verhaal ‘Een schare vrouwen en concubines’, dat is verfilmd door Zhang Yimou als Raise the Red Lantern. Er is nog veel meer werk van hem vertaald, van korte verhalen in Het Trage Vuur tot romans als Rijst en Mijn leven als keizer. Rondgoogelend kwam ik een artikel van Anne Sytske Keijser tegen, in 1994 gepubliceerd in Raster:
Een van de terugkerende thema’s in Su Tongs werk (...) is het oproepen van het verleden. Su Tong doet dit door een verteller (meestal een ‘ik’) episodes uit het leven van diens familieleden en dorpsgenoten te laten reconstrueren. De verteller heeft doorgaans zijn hele leven in de stad gewoond, terwijl de generaties van zijn grootvader en vader nog op het platteland zijn opgegroeid. Hij kent het platteland eigenlijk alleen uit versnipperde verhalen. De verteller wordt gedreven door de instinctieve behoefte om de leemtes in die verhalen op te vullen, om erachter te komen wat er nu werkelijk is gebeurd met een zeker iemand, wat de ware toedracht was bij een bepaalde gebeurtenis. Hij volgt een haast journalistieke aanpak: gesprekken met informanten en bezoeken aan het dorp, gecombineerd met zijn eigen inlevingsvermogen leveren fragmentarische, maar toch sluitende verhalen op. (...) Over veel taferelen hangt een waas dat de exacte waarneming belemmert.
Dit gaat over het korte verhaal ‘Vliegend over mijn ouderlijk dorp Fengyangshu’, maar het beschrijft eigenlijk ook precies ‘Ritueel voltooid’. Het verleden is belangrijk voor Su Tong.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten