vrijdag 27 december 2024

Wat is er dit jaar verschenen: 2024

Niet zo bijster veel, blijkt! Net genoeg om dit een lijstje te noemen.

Poëzie

Omslag van De nachtwaker, met een portret van de dichter.
De nachtwaker 
Yu Kwang-chung
Vertaling Silvia Marijnissen

Silvia Marijnissen bouwt nog altijd gestaag voort aan haar groeiende oeuvre vertaalde Chineestalige poëzie. De oogst van dit jaar is deze bundel van Yu Kwang-chung. Geboren in Nanjing, ontheemd door de Chinese burgeroorlog en uiteindelijk in Taiwan terechtgekomen, zoals velen in zijn generatie. 'Het existentiële drama van de hele generatie schrijvers die China rond 1949-1950 verliet en zich in Taiwan vestigde, leidde tot een gevoel van ontheemding dat Yu Kwang-chung nooit meer heeft verlaten. ... Het heeft gedichten opgeleverd die net zoals de klassieke poëzie getuigenis afleggen van de tijd waarin hij leefde.'

Vijf gedichten van Liu Xia in Terras
Vertaling Daan Bronkhorst

Ook Daan Bronkhorst vertaalt al jaren poëzie, uit het Chinees en andere talen, onder andere voor verschillende bundels voor Amnesty. Voor Terras nr. 25 vertaalde hij vijf gedichten van Liu Xia: 'Een vogel en nog een vogel', 'Zwart zeil', 'Tirade', 'Fragment 8' en 'Niets te zeggen'. De Chinese dichteres en kunstenares Liu Xia is ook bekend als de weduwe van Nobelprijswinnaar Liu Xiaobo. Na jaren onder huisarrest te hebben geleefd kon ze in 2018 uitwijken naar Berlijn, waar ze nog steeds woont.

Proza

Afbeelding van het omslag van Gesprekken bij het groene traliewerk
Gesprekken bij het groene traliewerk

Liu Fu
Vertaling Piet Rombouts

Ten slotte Piet Rombouts: ook al jaren actief, maar bijna in het geheim. Rombouts heeft in eigen beheer al een hele lijst boeken uitgegeven: een aantal nieuwe verhalen van Rechter Tie, en allerlei vertalingen van oudere teksten, van Feng Menglong tot Lei Jin – maar dan moet je wel weten dat ze er zijn, want ze worden nergens besproken (jammer eigenlijk), ze hebben geen website, en je moet haast de vertaler kennen om te weten dat ze bestaan.

Gelukkig zijn ze wel gewoon te koop, en bij Libris zijn het voorwoord en het eerste verhaal in te zien. Gesprekken bij het groene traliewerk bevat eenentwintig zogenoemde chuanqi, een soort sprookjes uit het oude China, vaak met bovennatuurlijke elementen, en anekdotes van beroemde literaten en staatslieden. De meeste verhalen dateren uit de 11de eeuw of vroeger.

Over auteur Liu Fu is weinig bekend. Wel weten we dat hij in de 11e eeuw leefde, tijdens de Noordelijke Song-dynastie, en dus heel iemand anders is dan Liu Fu alias Liu Bannong, vernieuwend schrijver uit de vroege 20e eeuw, die naast zijn proza, poëzie en vertalingen ook het karakter 她 voor 'zij/haar' heeft uitgevonden, en meteen een pophit schreef met dat karakter erin.

Kinderboeken

Uitgeverij Clavis bracht elk jaar wel een stapeltje kinderboeken uit, maar dit jaar kon ik niets vinden. Hopelijk heb ik niet goed genoeg gezocht, of is het een tijdelijke pauze.

En dat is alles voor dit jaar. Heb ik iets gemist, laat het me dan vooral weten.

Voor volgend jaar is een rijkere oogst te verwachten. Silvia Marijnissen is voor de verandering bezig met proza, ikzelf heb eindelijk De onvindbare stad van Yu Hua ingeleverd en ben alweer bezig aan het nieuwe boek van Zhang Yueran, en daarnaast zijn er plannen voor meerdere verhalenbundels die volgend jaar zouden moeten verschijnen.

vrijdag 13 december 2024

Het stadje Beekheem, vlakbij Groot-Broekland, in Zuid-China

Ik ben al een tijdje bezig met het vertalen van het boek Wencheng van Yu Hua, Nederlandse werktitel De onvindbare stad. Het gaat over een jonge man, een behoorlijk welgestelde boer die ergens in Noord-China woont. Op een dag komt er een jonge vrouw bij hem aan de deur: ze is op reis van haar geboorteplaats Wencheng naar de hoofdstad, maar de postkoets heeft panne, mag ze hier misschien logeren? Van het een komt het ander, ze worden verliefd, ze krijgen een kind… maar dan is de vrouw op een dag verdwenen. De man laat het er niet bij zitten: hij pakt zijn spullen en de baby en gaat op reis, op weg naar Wencheng om haar daar te zoeken.

Wencheng vindt hij niet, maar hij komt in het plaatsje Xizhen, dat er precies op lijkt, dus daar strijkt hij dan maar neer. Xizhen ligt niet ver van Shendian, en ook Shanghai ligt op nog bereisbare afstand. In de buurt liggen nog wat kleinere dorpen, zoals Wangzhuang en Xilicun.

Bent u al in de war? Die naamplaatsen betekenen allemaal iets, en soms is het best de moeite om ze te vertalen.

Lees hoe ik dat heb aangepakt in mijn artikel op Boekvertalers.nl. Het boek verschijnt als het goed is in 2025 bij De Geus.

vrijdag 7 juni 2024

Doe die geit weg

Er is een verhaal/anekdote/parabel over een man die bij de rabbi komt om raad. Rabbi, ik weet het allemaal niet meer, zegt hij. Ik woon met mijn vrouw, mijn zes kinderen en mijn schoonmoeder op een tochtige zolderkamer. Overal hangt was en ik werk van ‘s ochtends vroeg tot ‘s avonds laat maar we hebben nooit genoeg geld en nooit genoeg eten. Mijn kinderen jengelen, mijn vrouw klaagt en mijn schoonmoeder jammert. Wat moet ik doen?

En de rabbi zegt, Neem een geit.

De man vindt het wat vreemd, maar hij heeft vertrouwen in de wijsheid van de rabbi, dus hij koopt een geit. Nu heeft hij verse melk voor de kinderen, maar verder is het natuurlijk een ramp: de geit knabbelt aan de was en pist en schijt overal. Dus al snel gaat de man terug naar de rabbi. Rabbi, nou ben ik helemaal ten einde raad. Mijn kinderen hebben nog steeds elke dag honger, de geit vreet gaten in al onze kleren, mijn schoonmoeder is ziek van het stof en de stank en mijn vrouw klaagt nu ook nog over alle geitenpoep.

En de rabbi krabt op zijn hoofd, kijkt de man aan en zegt: Doe die geit weg.

Vijf identieke geiten achter elkaar

Er staat een interessant vertaalproject op stapel, waarvoor een collega in contact staat met de initiatiefnemers in Azië, en ik help mee met de voorbereidingen. Meer nieuws volgt te zijner tijd, het is een mooi project dat interessante boeken (meervoud!) gaat opleveren. Als onderdeel van de voorbereidingen moeten de collega en ik een en ander lezen. Onder andere academische artikelen van tientallen pagina’s, in het Chinees.

Nou lees ik de meeste Chinese literatuur best vlot, maar academische artikelen zijn natuurlijk andere koek, zeker aangezien ik al jaren niet meer zo academisch bezig ben. Maar goed, ik zette me eraan, elke dag een stukje, tien pagina’s, als ik dat niet haalde twee pagina’s, één pagina, een paar keer per dag een paar alinea’s desnoods… Ik kon er niet omheen, ik moest erdóórheen, sprak ik mezelf toe. Zo worstelde ik in de loop van vele weken drie artikelen door.

De collega sprak nog eens met het instituut in Azië. Die kwamen met nieuwe informatie (nieuw voor ons, althans): niet de academische artikelen zouden vertaald worden, maar nog te schrijven essays gebaséérd op die artikelen. Bovendien was het onderwerp dat ik voor mijn rekening had genomen niet geselecteerd om te worden vertaald. Ik had me dus voor niks door ruim honderd pagina’s academisch Chinees heen geworsteld.

Ik zou daar kwaad om kunnen zijn: hadden ze dat niet wat eerder kunnen zeggen? In plaats daarvan was ik de volgende ochtend bij het wakker worden helemaal blij en opgetogen: ik hoefde geen lange academische artikelen meer door te worstelen! Nog dagenlang heb ik me elke ochtend verheugd op het níet hoeven lezen van die teksten.

vrijdag 5 januari 2024

Wat is er dit jaar verschenen: 2023

Het is weer een goed jaar geweest voor Chinese literatuur in Nederlandse vertaling, en dat is een overzicht waard. Ik gebruik de term ‘Chinese literatuur’ voor het gemak maar even in de allerbreedst mogelijke zin, dus in deze lijst niet alleen proza dat in China in het Mandarijn is geschreven door een Han-Chinese auteur, maar ook bijvoorbeeld poëzie uit Taiwan en een roman geschreven in Xinjiang en vertaald uit het Oeigoers.

Fictie

De klacht van de buffel
Diverse auteurs
Vertaling Wilt Idema

China heeft geen grote traditie van dierenverhalen, maar Wilt Idema heeft er in dit boek toch een aantal bij elkaar gebracht. De buffel uit de titel beklaagt zich omdat hij na een heel leven belangeloos hard werken zomaar geslacht wordt. De muizen en de katten voeren oorlog nadat de katten de muizenbruiloft wreed hebben verstoord. De zwaluw keert terug naar zijn nest en treft daar een mussen-familie aan die niet van plan is te vertrekken, zodat de feniks recht moet spreken in deze gevoelige kwestie. Stuk voor stuk fijn vertaald en uitstekend ingeleid.

Hormonen in de nacht
Lu Min
Verschillende vertalers, onder redactie van Annelous Stiggelbout

Tien verhalen over heel gewone mensen, wier heel gewone leven ontspoort door kleine obstakels – vaak veroorzaakt door op hol geslagen hormonen. Nog meer dan over seks gaan deze verhalen over de tijd, verval en de onvermijdelijke dood, maar dan wel met humor en enige absurde situaties.

Het Confucius Instituut Groningen heeft deze bundel mogelijk gemaakt: deze bundels zijn een doorgaand project, waarbij een verhalenbundel van een auteur wordt vertaald door verschillende vertalers, ervaren en minder ervaren, onder redactie van een ervaren vertaler. Doordat China op slot was naar aanleiding van de covid-pandemie kon Lu Min helaas niet naar Nederland komen, maar we hebben haar wel per Zoom vragen kunnen stellen. Twee jaar geleden is dankzij dit project de dichtbundel Ik schrijf gedichten omdat ik een toeval ben verschenen, van Wang Jiaxin, en hopelijk kunnen we komend jaar weer iets moois maken.

De achterstraten
Perhat Tursun
Vertaald via het Engels door Irwan Droog

‘Het boek volgt een naamloze Oeigoerse man die Ürümqi komt. In zijn zoektocht naar een kamer, een plek om de nachten door te brengen, ontmoet hij niets dan koude blikken en afwijzing. Hij zwerft door de achterstraten en dwaalt door de eeuwige dichte mist die de stad teistert.’

Misschien wel de eerste Oeigoerse roman die ooit in het Nederlands verschenen is. Mooi dat uitgeverij Jurgen Maas haar werkgebied verder uitbreidt hiermee. Schrijver Perhat Tursun is, met vele van zijn volksgenoten, inmiddels in een strafkamp verdwenen; de anonieme Oeigoerse vertaler die Perhats Engelse vertaler assisteerde ook.

Notities van een theoreticus
Shi Tiesheng
Vertaling Mark Leenhouts

'Voor Shi Tiesheng, als gerolstoeld schrijver, is lichamelijke beperking altijd een uitgangspunt geweest voor bespiegelingen over het menselijke gebrek in het algemeen. "Hardop nadenkend" laat hij in dit eigenzinnige zelfportret zijn eigen herinneringen samenvloeien met herinneringen aan een handvol anderen, mensen van wie hij het leven op verschillende manieren door het lot getekend ziet.' Een van de meest geliefde schrijvers van China, nu eindelijk eens uitgebreid in het Nederlands vertaald.

De spijker
Zhang Yueran
Vertaling Annelous Stiggelbout

Li Jiaqi komt na achttien jaar afwezigheid weer terug in de wijk waar ze is opgegroeid, en ontmoet daar haar jeugdvriend Cheng Gong weer. In een lange donkere nacht vertellen ze elkaar over hun jeugd en hoe het hen sindsdien vergaan is, en langzaam wordt duidelijk hoe het lot van hun families met elkaar verbonden is door gruweldaden begaan tijdens de Culturele Revolutie, en hoe die ook henzelf nog altijd tekenen. Een van de beste boeken van het jaar volgens Volkskrant én NRC én FD.


Poëzie

Silvia Marijnissen bouwt nog altijd onvermoeibaar voort aan een breed oeuvre van poëzievertalingen uit het Chinees, en dankzij haar inspanningen zijn dit jaar verschenen:

Als ijzer zo stil
Zheng Xiaoqiong
Vertaling Silvia Marijnissen

Zheng Xiaoqiong was zelf migrantarbeidster: ze heeft jarenlang in fabrieken in Zuid-China gewerkt. Nu schrijft ze over migrantarbeiders, en dan vooral de vrouwen onder hen. De compassie en het engagement is duidelijk te lezen in haar gedichten en ze wil met haar poëzie de omstandigheden tonen waarin onze spullen gemaakt worden. Ze toont in haar poëzie de menselijkheid van de arbeiders, hun dromen en wensen, hun ideeën over hun werk en de spullen die ze maken, maar ze is zich ook zeer bewust van het grotere plaatje: milieuverontreiniging door fabrieken; de disruptie van gemeenschappen door de industrialisatie; de kloof tussen arm en rijk, niet alleen in China, maar ook elders in de wereld, en het daaruit voortkomend populisme en conservatisme.

Levenslijn
Yinni
Vertaling Silvia Marijnissen

'Veel gedichten van Yinni zijn absurdistisch, recht voor de raap, humoristisch, en richten zich op de absurditeit en tegenstrijdigheden van het moderne leven. Poëzie is voor haar essentieel om te overleven, zoals blijkt uit het voorwoord van haar vijfde dichtbundel: ‘Voor ik poëzie begon te schrijven was ik slechts een rondtrekkend lijk.’ Haar zeer persoonlijke werk is wars van conventies, en haar ontluisterende observaties, emoties, verwarring, pijn, boosheid, zwakheden of verwondering tonen een moeizame relatie met de wereld. De personages die Yinni ons voorschotelt zijn dan ook vaak onaangepast of voelen zich verloren in een wereld waarvan de ‘regels’ hen ontgaan.'


Kinderboeken

Duan Xuefei, Het groene land
Jin Xiaoyu, De appelboom van opa Knor
Chen Zhou, Wat eten we vandaag?
Cedar Wang (Wang Zihuan), Codebreker Charlotte
Wen Ermin, Bootje van papier
Liu Hao, De worstelaars van het grasland

Kinderboekenuitgeverij Clavis geeft nu al best een tijd elk jaar weer een stapeltje Chinese kinderboeken uit, vooral prentenboeken. De oogst aan onderwerpen is dit jaar is weer divers: van een Mongoolse worstelaar tot een geheimzinnige code uit de Tweede Wereldoorlog tot een boom met lekkere appels. Jammer wel dat ik nergens kon terugvinden wie deze boeken in het Nederlands heeft vertaald, het staat zelfs niet in het colofon. (Misschien Lise Merken, sinologe die bij Clavis verantwoordelijk is voor de buitenlandse rechten?) 

*** 

Zelf vertaal ik langzaam maar gestaag verder aan Wencheng, de nieuwste van de beroemde schrijver Yu Hua. Hij is nog lang niet af, maar hij komt!

vrijdag 13 oktober 2023

De straf van Hua – Feng Jicai

Hua Xiayu, pas afgestudeerd aan de kunstacademie, wil verder in de kunsten – maar in plaats daarvan wordt hij te werk gesteld in een porseleinfabriek in een afgelegen regio. Hij gaat aan het werk, trouwt een lieve vrouw, maar dan komt de Culturele Revolutie en hij wordt wreed mishandeld en uiteindelijk te werk gesteld in een mijn verderop. Zijn vrouw aborteert hun ongeboren kind en scheidt van hem. Hua Xiayu ontdekt in de buurt van de mijn allerlei prachtige volkskunst. Uiteindelijk eindigt de Culturele Revolutie en kan hij terug naar de porseleinfabriek, waar zijn grootste kwelgeest nog altijd manager is. Maar hij geeft de moed niet op en blijft gewijd aan de kunsten.

Omslag van De straf van Hua. Illustratie van twee mensen: links een man in het blauw, met een witte punthoed op en een penseel in zijn hand. Hij kijkt ongelukkig. Rechts een vrouw in een groene jurk, ze kijkt gesloten. Midden onder een wollige zwarte hond.
Omslag van De straf van Hua
Om eerst maar even een stokpaardje te bereiden: Vrouwen komen er niet erg goed vanaf in De straf van Hua. Als Hua Xiayu in politieke problemen komt, aborteert zijn vrouw Luo Junjun zoals gezegd hun kind en scheidt ze van hem. Hij ontmoet haar later opnieuw en oordeelt dat het licht uit haar ogen is. Ze is ‘praktisch geworden’, en dat kan niet meer teruggedraaid worden. Je kan je afvragen onder wat voor druk zij is gezet, en of Xiayu redelijkerwijs een andere keus van haar had kunnen verwachten. Eerder leren we al dat ze behalve een tante geen familie heeft. (Over vriendinnen of vrienden lezen we niets.) Kon ze het zich veroorloven iets anders te doen dan praktisch worden? De eerdere vriendin van de hoofdpersoon blijkt de oorzaak van zijn vervolging. Ze had het niet gemeen bedoeld, maar ze had gerapporteerd over politiek ongewenste twijfels die hij tijdens hun verkering tegen haar had uitgesproken. De vrouwen in dit boek verraden de hoofdpersoon en keren hem de rug toe.

Ander detail dat me skeptisch deed kijken: als de hoofdpersoon Junjun voor het eerst ontmoet, gaat dat zo: ‘Ik herinner me … dat ik veel gepraat heb, maar ik herinner me niet waarover. … Zij zei bijna niets. Een licht als van een schoon beekje na het smelten van de sneeuw glinsterde in haar omfloerste ogen. Haar wimpers waren lang, zacht en dicht ingeplant, ze deden denken aan dons.’ Er is een slag mannen dat een uur tegen een vrouw aan kan praten over zichzelf en zaken die hij interessant vindt, en dan achteraf vindt dat hij zo’n goed gesprek met haar heeft gevoerd en haar beslist vaker wil zien. Gelukkig dat Xiayu bij latere ontmoetingen ook haar waardering van kunst en literatuur erg fijn vindt.

Zwartwitfoto van schrijver Feng Jicai, zittend achter een bureau met allerhande schrijf- en tekenparafernalia. Feng kijkt in de camera.
Schrijver Feng Jicai
Hua Xiayu maakt allerlei ellende door, maar onder alle omstandigheden vindt hij steeds weer inspiratie en hoop voor de toekomst. Het verhaal is een raamvertelling: de eerste ik-persoon is een schrijver die de hoofdpersoon ontmoet in de trein. Aardige keuze, die het verhaal inderdaad net wat interessanter maakt. De verteller van de raamvertelling overdenkt aan het eind van het boek de levenslust van Hua Xiayu en anderen die net als hij veel geleden hebben: ‘De laatste jaren heb ik op mijn reizen heel wat van deze mensen ontmoet. Zij hebben al het leed van de wereld meegemaakt. Aan de oppervlakte is daar echter geen spoor van te zien. … Hun ogen en hun hart houden zij niettemin hardnekkig gericht op het leven!’ Dat is een fijne conclusie, maar ook wat al te optimistisch, lijkt me. Om te beginnen zullen de mensen die zich wel van het leven hebben beroofd (of die zijn doodgeslagen) niet bij de verteller in de treincoupé komen zitten. De oorspronkelijke titel van het boek is Ganxie shenghuo, iets als ‘dank voor het leven’ of ‘dankjewel, leven’ of iets vrijer vertaald, ‘goddank leef ik’; misschien dat de auteur zichzelf (en zijn lezers) moed inspreekt, wil inspireren om het leven ondanks alles wat er gebeurd is hoopvol tegemoet te treden.

Interessant genoeg is dit boek gepresenteerd als een kinderboek (uitgebracht door een kinderboekenuitgeverij, deed mee aan de Kinderjury 1995). De lengte (99 pagina’s) past goed bij een kinderboek en een trouwe hond speelt een rol in het verhaal, maar verder zijn de hoofdpersonen allemaal volwassenen, is de inhoud behoorlijk volwassen, en is ook het taalgebruik niet per se simpel. Maar misschien hadden kinderen in de jaren 1990 geen moeite met langere woorden, veel culturele verwijzingen en zware volwassen thema’s.

Al met al een heel goed, duidelijk voorbeeld van littekenliteratuur. De vertaling van Elly Hagenaar is van 1994, het origineel van 1985 – precies de periode dat er veel van dit soort verhalen naar buiten kwamen, waarin schrijvers de ellende van de Culturele Revolutie in literatuur verwerkten. Prima geschreven boek, prima vertaald.

Besproken: De straf van Hua door Feng Jicai, vertaald door Elly Hagenaar (Amsterdam: Leopold, 1994).

vrijdag 25 augustus 2023

De klacht van de buffel

Idema flikt 't 'm weer. De klacht van de buffel is weer eens een heel fijn, leesbaar boek met teksten waarvan je van je leven niet zou hebben bedacht dat je erop zat te wachten, om er dan met zo’n bundel als deze achter te komen dat je dus met veel plezier eeuwenoude Chinese berijmde toneelstukken zit te lezen.

Ik heb meer van Idema’s werk. In de jaren 1990, toen ik op de middelbare school zat en al geïnteresseerd begon te raken in China, kreeg ik zijn boeken soms kado en las ik stiekem tijdens de geschiedenis- of economieles oude Chinese verhalen. Voor mijn studie kocht ik de Spiegel van de Klassieke Chinese poëzie, en tijdens (maar niet eens voor) mijn studie De onthoofde feministe. Ook koop ik zijn boeken nog wel eens bij antiquaren of tweedehandswinkels. Zo zat ik dus een tijdje terug te lezen in Vermaning van een dode hond, ook al oude toneelteksten, en ontdekte ik dat dat boek, Idema’s eerste, volgend jaar vijftig jaar oud is. Al vijftig jaar maakt deze professor, die het met zijn werk aan ’s werelds beroemdste universiteiten en alle Engelstalige academische werken die hij heeft geschreven toch druk genoeg moet hebben gehad, voor het Nederlandse leespubliek vlot leesbare en nuttig be-eindnote Nederlandse vertalingen. Beseffen we wel hoezeer we het daarmee getroffen hebben? Moet deze man niet een keer een of andere vaderlandse prijs winnen voor zijn werk?

De klacht van de buffel is een bundel met vier hoofdstukken, waarbij in elk een ander dier of groepje dieren centraal staat: zwaluw en mus, buffel en wolf, muis en kat, en een clubje insecten. Elk hoofdstuk begint met een inleiding over de schrijver van de stukken, de geschiedenis van het vertelde verhaal, informatie over hoe het toneelstuk op de planken werd gezet (want het zijn allemaal stukken die bedoeld waren om te worden opgevoerd), het soort gedicht… Je onthoudt het niet per se allemaal, maar het is wel allemaal enorm interessant en heel toegankelijk opgeschreven. En vervolgens ook nog eens met een keurige wetenschappelijke bronvermelding in de eindnoot, en een verantwoording van welke tekst de vertaler heeft aangehouden voor zijn vertaling. Ik vermoed dat het aantal lezers dat het origineel erop na zal willen slaan op één hand te tellen is, maar die paar lezers weten dan dus wel precies welk boek ze moeten hebben.

De klacht van de buffel uit de titel gaat over de ondankbare manier waarop hij behandeld wordt: trouw beploegt hij het land en doet hij allerlei ander zwaar werk, dankzij zijn inspanningen kan zijn baas en diens gezin welvarend leven, maar als hij oud wordt, laat die baas hem zomaar slachten. Dat thema komt terug in het verhaal over de wolf van Zhongshan. Die wolf wordt door jagers achterna gezeten, en een filosoof die toevallig voorbij komt wil hem wel redden door hem te verbergen in zijn boekentas. De jagers rijden onverrichter zake verder, maar als de wolf eenmaal weer veilig en wel uit de tas is, wil hij de filosoof opeten. De filosoof weet de wolf over te halen eerst drie oude wezens om hun oordeel te vragen. Dat worden een boom, een buffel en een oude man. Die laatste redt de filosoof met een list het leven. Want de boom en de buffel zijn het met de wolf eens: ondank is ’s werelds loon, dus de wolf kan zijn redder best opeten.

Het verhaal van de wolf van Zhongshan doet een beetje denken aan dat van de schorpioen en de kikker. De schorpioen wil een rivier oversteken, maar hij kan niet zwemmen. De kikker wil hem op zich wel helpen, maar, zegt hij, straks steek je me nog dood. Nee joh, zegt de schorpioen, dan verdrink ik toch zelf ook? Daar zit wat in, vindt de kikker, en ze gaan op weg. Halverwege de rivier steekt de schorpioen de kikker. Waarom doe je dat nou, zegt de kikker, stervend en zinkend. Het is nou eenmaal mijn aard, zegt de schorpioen. Ook daar is ondank ’s werelds loon.


Japanse prent van een veldslag tussen muizen en katten. De muizen, linksboven, rennen weg; de katten, rechtsonder, rukken op. Alle strijders zijn in traditionele Japanse wapenrustig, de katten hebben een hoge gele vlag met Japanse tekst.
De oorlog tussen de muizen en de katten.
(Prent uit 1859 van Yoshitoshi Tsukioka,
hier gevonden.)

Het verhaal over muis en kat gaat over de oorlog tussen de muizen en de katten, die begint met de muizenbruiloft die bruut wordt overvallen door katten. Idema sprak laatst op de presentatie van het nieuwste nummer van tijdschrift Zemzem, en vertelde daar over de muizenbruiloft en de oorlog. Het verhaal is eeuwenlang in een heel groot deel van de wereld bekend geweest – van het oude Egypte tot Perzië tot dus China en Japan – en tot in de middeleeuwen hing er in West-Europa in elke herberg wel een afbeelding van de muizenbruiloft of de oorlog tussen katten en muizen. En nu is het verhaal, in Nederland althans, geheel vergeten. Heel bijzonder, zoiets. Hoeveel verhalen zijn we nog meer vergeten, en hoeveel verhalen zijn in grote delen van de wereld bekend maar toevallig niet bij ons?

Maar dit verhaal is dankzij Idema dan toch weer terug in Nederland, samen met de andere intrigerende fabels in dit boek, in een vertaling geschikt voor leek en expert en iedereen die daartussen zit.

Besproken: De klacht van de buffel en andere klassieke Chinese dierenfabels, vertaald en toegelicht door Wilt L. Idema (Amsterdam: Athenaeum, 2023).

Ook genoemd:
Spiegel van de klassieke Chinese poëzie, van het Boek der Oden tot de Qing-dynastie, samengesteld en vertaald door W.L. Idema (Amsterdam: Meulenhoff, 2000).
De onthoofde feministie: Leven en werk van schrijvende vrouwen in het Chinese keizerrijk van de vroege tweede eeuw v.Chr. tot de eerste jaren van de twintigste eeuw, door W.L. Idema (Amsterdam: Atlas, 1999).
Vermaning door een dode hond: vier Chinese komedies uit het eind van de dertiende eeuw, vertaald en ingeleid door W.L. Idema en D.R. Jonker (Amsterdam: Arbeiderspers, 1974).

Aanvulling: Maghiel van Crevel merkte in een Facebook-reactie op dat Wilt Idema in 1992 de Nijhoffprijs heeft gewonnen (zijn dankwoord is te lezen op VertaalVerhaal.nl). De vaderlandse prijs voor zijn werk heeft hij dus al gekregen, dat is mooi.

vrijdag 24 maart 2023

In Taipei, maar niet van Taipei

Omslag van de tweetalige editie van Taipei People 

De titel van Taipeiers (Taibeiren 《台北人》) is geleend van het boek Dubliners van James Joyce, maar de centrale tragiek van Taipeiers is dat de personages juist géén Taipeiers zijn. Ze zijn Shanghainezen, Sichuanezen, ze komen uit Guilin in het zuiden, uit Beijing in het noorden. Ze wonen in Taipei, maar het is niet hun thuis. Hun thuis is elders.

Lees de rest van mijn stuk over Taipeiers van Pai Hsien-yung in Armada nr 1 van 2023: Elf steden, vele grenzen.